IN MEMORIAM

REMCO VAN SCHAIK

tekst: Storm Bakker


3 juni 2019

Tot onze grote schrik is opeens aan dit leven onstnapt, onze vriend en speelkameraad Remco van Schaik.

Remco was een buitengewoon aardige, ook wel een beetje aparte gast, een ouderwetse swingdrummer met enorm veel humor. Ik vroeg ooit: kun jij een mooi lyrisch intro doen op je chîmes? Hij knikte, om aan te geven dat hij begreep wat ik bedoelde. Ik drukte een romantisch Commodores-akkoordje in en knikte hem toe. Nooit geweten waarom, maar hij ragde met een sardonisch genoegen een volle minuut lang dat hele rek aan gort. Hahahaha, iedereen zat aan het plafond; Lieberom helemaal in een deuk. Dat was Remco.

Veel met hem gespeeld, rondgehangen, vooral ook gechat, maar ook wel bij elkaar over de vloer, samen met de broers Van Os. Je kon enorm met hem lachen, om zijn voortudrende ad rem grapjes, speels en vindingrijk; maar in wezen grapjes door middel waarvan hij de werkelijkheid bevocht. Humor als redmiddel, een pleister op de wonden in zijn gemoed, een slot op de celdeur waarachter de monsters schuilgingen. En naast grapjes kon hij soms enorm overdrijven in bewondering voor anderen, omgekeerd evenredig aan de minachting voor zijn eigen persoon. Vooral mij, maar ook saxvriend Thijs van Otterloo prees hij dan de hemel in; en de vriendinnen van zijn vrienden waren de mooiste vrouwen ter wereld.

Want regelmatig liep Remco mentaal op het randje van de afgrond, zag hij alles erg negatief en hopeloos. Niet op te beuren somber. Ik heb altijd vermoed dat hij ernstig beschadigd uit zijn jeugd was geworpen, sindsdien werd nagejaagd door nachtmerries, zoals bleek tijdens onze trip naar Zwitserland. Zaten we hem gezamenlijk een hart onder de riem te steken, tevergeefs. Zijn eigen hart liet hem toen al in de steek en nu definitief.

Remco was vaak in Baarn, omdat hij zijn eigen woonplaats verachtte die hem aan vroeger deed denken, en als we elkaar tegenkwamen gingen we er "eentje" drinken op de Brink. 's Avonds laat moest er nog wat vettigs tegenaan natuurlijk en 's nachts, eenmaal thuis, werd het gesprek via de chat weer voortgezet. Steeds weer die humor, de voortdurende woordgrapjes, die -hoe geniaal ook- op den duur gekmakend waren. Daarin was hij onvermoeibaar, tot diep in de nacht, via de chat, soms zelfs voorbij het ochtendgloren.

Als het over ABBA ging werd Remco evenwel ineens bloedserieus. ABBA was het mooiste wat er was. Agnetha Åse Fältskog uiteraard, maar zeer zeker ook de muziek, de arrangementen, de productie, alles. Dat was wel apart, voor zo'n goede jazzdrummer van het Hilversums Conservatorium, dat hij uitgerekend ABBA als een hemels fenomeen vereerde. Een ding zou ik dus plechtig met Remco in het graf zien verdwijnen: zijn dierbare ABBA-verzameling, om hem te vergezellen naar het hiernamaals.

Remco had duizenden platen, waaronder prachtige collectors-items die nauwelijks in geld zijn uit te drukken. Ik hoop dat zijn verzameling een mooi nieuw onderkomen vindt. Of dat van de opbrengst een Remco van Schaik memorial wordt opgericht, dat dan door de strot geduwd moge worden van de onmensen die hem als jongetje zo'n pijn hebben gedaan.

Remco was een handelaar van de gulle soort, die mij regelmatig aan elpees en drumstelletjes heeft geholpen, zonder er iets voor terug te willen - behalve een gig zo nu en dan. Dat samenspelen is er gelukkig vaak van gekomen, in Demmers, Eemlust, Artishock, Zonnestraal en met Appie Verhoeff, als ik in moest vallen, overal in het Gooi. Als hij in een goede bui was, dan was hij de beste swinger van iedereen, een geweldige aanstekelijke shuffle waar vele Nederlandse jazzmusici en met name pianisten (Anke Angel, Hugo van Os) dankbaar gebruik van hebben gemaakt.

Vreemd dat hij weg is. Hoop dat hij rust vindt. En ook dat er aan gene zijde wat zorgzamer wordt omgesprongen met eenzame zielen als Remco, een lieve jongen waarin welbeschouwd geen enkel kwaad schuilging, GVD.